ZE ZEGGEN

Laat hem los , en laat hem niet meer binnen
Ze zeggen laat hem gaan hij moet het overwinnen
Ze zeggen: niet er heen je kunt hem niets meer geven
Ze zeggen: deur op slot.
Maar ik heb hem toch gevoerd hap voor hapje
Ik heb hem leren lopen stap voor stapje
Sinaasappels , buitenlucht, boterhammen mee,
Wandelen hand in hand, hollen langs de zee.

Een tikje op zijn vingers ,een pluimpje op zijn hoed
Een klopje op zijn schouder ,
van: jongen jij gaat goed
Een glimlach van vertrouwen .
er wordt van jou gehouden
Die hele lange weg ,
die wij samen zijn gegaan.
Nemen geven, leren leven ,
op eigen benen staan.

Mijn hart mijn huis,mijn beide armen stonden altijd open
En een touwtje uit de brievenbus:
hij kon zo naar binnen lopen.
Maar ze zeggen :Laat hem los.
Niet meer met hem praten.
Ze zeggen , laat hem gaan
Ja moet het overlaten.

Dus ik ga daar niet meer heen
Ik maak daar niet meer schoon.
Ik heb me eigen leven
Maar ook dat van een zoon.
Die ik heb gevoerd hap voor hapje
Die ik heb leren lopen stap voor stapje.
Sinaasappels Buitenlucht. boterhammen mee
Wandelen hand in hand hollen langs de zee.

Hij is weer even hulpeloos
Als dat kereltje van toen
Maar ik laat hem nu alleen ,
ik mag nu niets meer doen.
Maar ik laat toch voor de zekerheid
Mocht hij naar huis verlangen
Dat touwtje uit de brievenbus,
voorlopig nog maar hangen.

PAUL VAN VLIET 1984

Deze website is onderdeel van Marjanka's pages